Amerika - Venezuela - Rondreis Ton - Orinoco Delta

Orinoco Delta
Tekst en foto's: Ton Stegers
Reistijd: mei 2007

Venezuela

 

 

 

 
 

Zondag - Tocht door het regenwoud

Vanmorgen vroeg uit de veren want we werden om 6.30 uur opgehaald door het busje om aan ons avontuur naar Venezuela te beginnen. We hadden een leuke groep van in totaal 7 personen, t.w. Linda en Jan uit Landsmeer, Dajana, Merlin en Emir uit Amsterdam en onze begeleider Wout.
 

Wij reden naar het havenplaatsje El Faro waar we de oversteek zouden maken naar Chacopata. We moesten nog een half uurtje wachten, omdat de douaneformaliteiten geregeld waren, maar dat bleek een wassen neus want Wout had goede contacten en zonder paspoortcontrole konden we aan boord van ons bootje "San Felipe", dat niet meer dan een visserskotje was.

In El Faro was het een drukte van jewelste.

Veel mensen van het vasteland komen hier belastingvrij hun inkopen doen en nemen dan de boot naar huis. Gekakel klonk er uit allerlei zakken, het bleken hanen te zijn die ook voor hanengevechten gebruikt worden. Gezellig sfeertje.


De overtocht van een uurtje tussen de lokale mensen ging voorspoedig, alleen kon je niet naar buiten kijken omdat er geen enkel raampje open ging. Alle ramen zaten dichtgeplakt om ervoor te zorgen dat er geen water binnen kon dringen en geen kozijn uit kon vallen.

Bij aankomst in Chacopata viel meteen de rode ijzerhoudende grond op en de vriendelijke bewoners zwaaiden naar ons. Het stelde niet veel voor: een kroegje en een garage.
 

Na een paar kilometer onze eerste stop gemaakt om op het meer naar kolonies flamenco's te kijken.

Ook waren er jongeren van een school bezig het strand schoon te maken en zwerfvuil te verzamelen. Onbegonnen werk maar toch. Opruimen is een bijzonder fenomeen hier en ze hadden dan ook veel bekijks.

In het plaatsje Cariaco ons ontbijt genomen. Deze plaats werd zwaar getroffen door een aardbeving en had aan zeker 59 personen, onder wie 30 schoolkinderen, het leven gekost. Er vielen 322 gewonden. Twee scholen stortten in, waardoor dertig scholieren om het leven kwamen.

Het was de hevigste aardbeving in dertig jaar in Venezuela.


In 1967 werd Caracas getroffen door een beving. Toen kwamen 300 mensen om en raakten 2.000 personen gewond. We reden langs een plein waar vroeger de plaatselijke bank had gestaan, alles was weg alleen de enorme kluis stond er nog.
 

Langs de weg ook een stop gemaakt in Caripito waar we kennis maakten met de specialiteit van de streek: kokos en dan in allerlei kleuren. Het had eigenlijk de smaak van een soort kruidenkoek.

Na de nodige kilometers kwamen we aan in San José de Buja, een klein plaatsje waar indianen wonen. Het ligt aan de rand van de Orinoco Delta, een moeras regenwoudgebied dat groter dan heel Nederland is.

Een plaatje uit een film. Kinderen, honden, bootjes en een lege straat. 

Daar stapten we op onze "African Queen" die in werkelijkheid de naam "Carmen Teresa" droeg en begonnen aan een tochtje door het regenwoud. Aan boord 2 indianen die ons de hele tocht vergezelden.


Na enkele minuten varen begon de lucht te betrekken en werd het in de verte bijna zwart. Er brak een enorme onweersbui los en we moesten proberen om een plekje te zoeken onder het zeil dat boven het bootje was gespannen waar géén gat in zat.
 

Langs het water de eerste paalwoningen van de Warao indianen. Eenvoud: een paar palen en een dak van palmbladeren. In de mangrovebossen leven de Warao indianen, die nog hun eigen taal en cultuur hebben.

De naam Warao betekent "kano-mensen" en inderdaad, je moet je hier verplaatsen per kano. De indianen zien slechts af en toe toeristen. Deze indianen bezitten weinig materiële zaken, maar zijn daardoor nog niet arm. Alles wat ze nodig hebben is in het bos te vinden. Zo maken ze bijvoorbeeld een kano door een boomstam uit te hollen maar hebben ook wel bootjes met een pittige motor er achter hangen, eten ze bessen en vissen enz. Ze dragen (als er geen toeristen zijn) geen kleding en maken alles zelf.


De houten woningen hebben geen muren en staan op hoge palen i.v.m het getij. Het getij maakt het erg makkelijk om je per kano te verplaatsen, want als het eb is gaat de rivier naar de zee en als het vloed is ga je met de rivier weer mee terug landinwaarts.
 

We legden aan om in het woud het survivalgevoel te leren kennen, het was de bedoeling een stuk door het woud te lopen dat alleen maar uit moeras bestond. Het was al een hele klus om bij de huisjes te komen over de glibberige palen.

Eerst nog even bij de Warao's inkopen gedaan. Een paar handwerkspulletjes gekocht die 3 x niks kosten en heel aardig waren.

Maar toen...

Begonnen aan de tocht, na een paar stappen zakten we al ver de modder in en Ria zat al helemaal klem en kon alleen met behulp van padvinder Wout haar voet en schoen weer uit de modder krijgen.


Het was niet dat je zegt een leuke wandeling en na beraad ben ik met Ria mooi terug gegaan en zijn wij lekker een sigaretje gaan roken bij de boot.
 

Een gesprekje met de indianen was alleen maar nonverbaal.

De rest is wel doorgegaan en wij hebben ze een half uur later opgepikt met de boot. Ze zaten compleet onder de blubber, vonden het erg zwaar maar hadden wel een overwinningsgevoel en terecht. Veel van de omgeving hadden ze niet gezien omdat ze alleen maar naar beneden konden kijken waar ze hun voeten neerzetten.

Toen we terug de rivier op wilden was de zijarm waarin wij voeren compleet dichtgeslibd met grote waterplanten die massaal door de regenbui bij elkaar werden gespoeld. Terug op de rivier mochten we dan een duik nemen om de modder af te spoelen. Eenmaal weer aan boord hoorden we dat er piranhas zaten. Lekker hé.

 

Wij kregen van de Warao allemaal een stok (hengel) en gingen vissen.

En ja hoor binnen enkele minuten hadden we een paar van die watervampieren te pakken en een soort meerval.

Een van de jongens nam een piranha in zijn hand en liet hem, alsof het een kniptang was, in een blad bijten. Hele happen bijten deze jongens eruit.

De visvangst werd door hun meegenomen, geen vette buit want ze bestaan voor het grootste gedeelte uit bot.

Een paar weken later staat dit artikel in de Telegraaf:

 

Op de terugweg hebben we ondanks de regen die minder werd nog diverse vogels gezien en enkele brulapen. Overdonderend is de rust. Je hoort alleen de natuur.

We legden aan in een ander indianendorp waar een kinderexplosie had plaatsgevonden, overal kinderen die speelden en lachten. Op hun blote voetjes rennend door het dorp en genietend van de pas gevallen regen. Allemaal wilden ze op de foto en maar giechelen. Waar je ook ter wereld komt, kinderen zijn overal hetzelfde.

De avond begon te vallen en we namen afscheid onder een prachtige hemel van avondrood.
Je moet dan snel zijn want binnen enkele minuten zie je geen hand meer voor ogen. Enkele mannelijke bewoners kwamen we nog tegen die van een flesje rum aan het genieten waren.

   

 
 

Ria was onderweg nog door een of ander beest gestoken en haar hand was in een mum van tijd flink gezwollen. Na een deskundige blik van een van hen werden wij doorverwezen naar de plaatselijke kruidenshop waar we een zalfje kregen en vrij snel hadden haar handen weer dezelfde omvang.

In het dorpje waar we met de bus weer werden opgepikt stonden de kinderen achter tralies te kijken naar een film op TV (ja ja), de film stond keihard aan en in de scène die wij zagen waren indianen bezig een blanke te bewerken met speren en messen.

Ik zou wel eens hebben willen weten hoe zij dat ervaren hebben.


On the road again. Wij rijden naar Rancho San Andres, een grote farm die paarden fokt voor de vleesindustrie en er ook lodges hebben staan en een restaurant. Het is een landbouwbedrijf van 1200 hectare, waar we de nacht zullen doorbrengen.
 

Onderweg werden wij nog gevolgd door een auto die zich vreemd gedroeg, maar toch plots verdwenen was.

Toevallig is een collega van mij afgelopen jaar in Venezuela aan de grens met Colombia in een bus overvallen en was daar niet blij mee.

Wout vertelde dat wanneer zich zo'n situatie voordeed hij wel voor politie escorte kon zorgen. Pittige jongens. Tijdens een controle kwamen zij onze bus binnen met een afschrikwekkende blik in hun ogen en een flink geweer in hun handen. Eigenlijk pubers die cowboy spelen.

Op de ranch eerst een douche in ons eigen huisje en toen aan tafel waar we de dag nog eens doornamen.


Na heerlijk gegeten te hebben onder het toeziend oog van een heel leuke kikker, onze hangmat op vier poten opgezocht. We waren doodop... Bij de anderen was een kakkerlak geconstateerd op hun kamer en dat vonden ze niet zo leuk. Toen ik ze wees op een grote rat die in de buurt van de prullebak en later door het restaurant liep, waren ze nog minder blij.

Maandag - Waterwandeling bij Mira Flores

Bij daglicht de boel ff verkend. Het hele grasveld zat vol met cavia's. In het hoofdgebouw is een hele grote relaxruimte met hangmatten en hangstoelen, een biljarttafel, leuke zitjes, een bar, een restaurant en daarachter nog meer kamers. Een behoorlijk zwembad buiten met ligstoelen, douches en wc’s.
 

We kijken onze ogen uit. In de grote binnenruimte een paar terraria, een vijvertje met kaaimannen en waterschildpadden, een bak met een tarantula, buiten lopen leguanen, landschildpadden en in een buitenkooi zitten toekans en andere papegaaien. Nog verder van het hoofdgebouw in een kooi zitten aan één kant 2 anaconda’s van een paar meter lang en in het andere gedeelte kapucijneraapjes die samen met waterschildpadjes zitten.

Onze bus zag er weer als nieuw uit want de chauffeur had een "poets-tik", hij ging echt niet eten voordat hij zijn bus weer fabrieksnieuw had gepoetst. Onderweg naar La Toscana hebben we nog koffie gedronken langs de weg bij een benzinestation waar alleen maar macho's rondliepen.


Naast het station is een heksenwinkel, waar in Venezuela veel gebruik van wordt gemaakt. Hekserij en de katholieke kerk gaan daar goed samen.
 

Veel mensen raadplegen dan ook een of meerdere heksen die in een sessie (die zeker 45 minuten duurt) adviezen geven als leidraad voor de toekomst.

In de heksenwinkel zijn allerlei attributen te koop die hiermee te maken hebben. De verkoopster is geen heks.

San Antonio:

Groot meer ontstaan door een stuwdam, alle bewoners moesten halsoverkop verkassen omdat ze anders natte voeten zouden krijgen. Er staat een hele grote muurversiering afgebeeld incl. de H. Antonius. Het meer met de omringende bergen is een schitterend stukje landschap.

 

We zijn door de prachtige natuur op weg naar Mira Flores waar we een waterwandeling zullen gaan doen. Het weer is heerlijk met een lekker temperatuurtje.

In Mira Flores vertrekken we uit het kleine dorpje via een bruggetje richting rivier. We volgen de rivier en zig zag steken we die een paar keer over. We moeten via rotsblokken en stenen de andere kant bereiken maar dat is snel afgelopen, we moeten er ook doorheen en soms tot aan je navel. Uitkijken geblazen want als digitale camera kan je daar moeilijk tegen.

De indianen helpen diegenen die daar moeite mee hebben en wijzen precies de plekken aan waar je moet stappen. Ze zijn erg zorgzaam en lief voor de dames.

Genietend van de heerlijke natuur klimmen we steeds hoger en uiteindelijk komen we op een plekje waar je een lekkere duik kunt nemen. De indianen (het zijn net aapjes) klimmen met hun vingertoppen langs de steile wand om zich van grote hoogte naar beneden te storten in het ondiepe water. Knap hoor want je moet wel erg goed kunnen duiken om dit klaar te spelen. Een salto tussendoor vinden ze ook geen probleem.

Als trofee voor het volbrengen van onze klimtocht worden we getrakteerd op een anijsdrankje dat gretig aftrek vindt.

 

Een van de indianen komt op aanwijzing naar Ria toe en wijst naar haar hoofd en zegt in onvervalst Nederlands/Indiaans: "dom blondje" en dan naar haar billen: "lekker kontje". En een lol dat ze hadden.

Op de weg terug zagen we wassende vrouwen aan de rivier, supergrote bomen en onze soortgenoten de ezels langs de weg staan.

Bij het dorpje aangekomen nog ff koffie gedronken bij een familie waarvan de vader ernstig ziek was maar wel heel opgewekt. De mensen stampten de koffiebonen fijn in de achtertuin. Vandaar de lekkere koffie.

In het dorp lekker gegeten en toen we net in de bus zaten begon het te stortregenen en onweren alsof de wereld verging. Hele straten veranderden in rivieren vol modder en afgevallen takken.

 

We komen aan in Caripe in de staat Monagas waar we zullen overnachten. Maar eerst nog even de lekkernij van deze plaats proeven: Fresa con crema de Caripe, een heerlijke bak aardbeien met crème. Dat was lekker maar wel aan de zoete kant. Nog even door het dorpje gelopen en een heerlijk bakje koffie genomen om daarna ons huisje op te zoeken.

Wout had dit ter plaatse even geregeld i.p.v. een hotel omdat het leuker zou zijn.

Ik kon het natuurlijk niet vergelijken maar de huisjes waren echt wel leuk.

Nadat we op "ons" terras nog even hadden samen gezeten voor een borrel zijn we in het restaurant, in een rokersgedeelte, gaan eten.


Een enorme herrie omdat achter de vouwwand de plaatselijke jeugd bezig was met karaoke zingen of hun leven ervan af hing. Telkens als de deur openging en wij hem weer snel sloten tegen die herrie, maakten zij hem weer open om ons mee te laten genieten. Dus maar weer snel weg daar en hebben we nog na gekeuveld aan het zwembad.

Dinsdag - Bezoek aan de Guacharo-grot

Ontbeten in de zelfde ruimte als gisteren en gelukkig waren de kinderen uitgezongen.
Vandaag gaan we naar de Guacharo-grot in Caripe.
 

De Guacharo is een fruitetende nachtvogel die heel zeldzaam is en ook wel Vetvogel genoemd wordt. Deze vogels zijn nagenoeg blind en vliegen met behulp van een sonarsysteem. Ze zien er uit als een soort valk. In de grot leven ongeveer 18.000 vogels die alleen 's nachts naar buiten vliegen om vruchten en pitten te verzamelen.

Wanneer je een wandeling door de grot maakt, dan hoor je het kabaal van de vogels (soort roep als dat van een kraai), je kunt ze alleen niet zien daar de grot onverlicht is. Het enige licht komt dus van de opening van de grot. De geluiden in de grot zijn gebruikt voor de film "The Birds" van Alfred Joseph Hitchcock.

Het was glad en glibberig, het stonk.

 .

Soms kon je een jonge vogel op de grond zien liggen bij lamplicht en ook kon je een pit op je hoofd krijgen van overvliegende Guacharos. De gevallen kuikens werden door hun mede nestbewoners eruit gegooid (alleen de sterkste overwint) en worden, omdat ze niet kunnen vliegen, door de ratten opgepeuzeld. De reden waarom Linda niet meeging.

Je kon nauwelijks wat zien en het was er erg warm. In de grot mocht je niet fotograferen dus moesten we het maar doen met een foto van een opgestopt exemplaar uit het museum dat tegenover de grot lag.

Na dit vogelavontuur door weer een drassige ondergrond kon ik gelukkig afscheid nemen van mijn smerige sportschoenen en weer schone sandalen dragen. Maar niks gooi je weg dus Wout zal er voor zorgen dat er binnenkort een indiaan met mijn schoenen door de Orinoco Delta loopt.

 

Onderweg nog gestopt bij een van de huisjes die president Cháves verloot had onder zijn aanhangers. Iedere stem kreeg een lot en 10 mensen kregen van hem een huisje. Kamer, slaapkamer en 2 x een badkamer. Vergeten was hij de keuken en koken doen ze dus in hun oude huisje dat er naast staat.

Slim hé Meneer Balkenende! Misschien bij de volgende verkiezing 10 x een Ferrari in de aanbieding?

Via Clavellino waar ook een stuwmeer lag zijn we richting Cumana gereden waar we in een schitterend hotel hebben gegeten. Prachtig pand dat heel mooi gerestaureerd was met een mozaïekvloer van omgekeerde hakenkruisen (het een symbool van het zonnewiel en in het Sanskriet betekent het woord zelf "gelukkig zijn").

Bij de Hindoestanen wordt het vaak bij bruiloften gebruikt. Of het in Venezuela een andere betekenis heeft weet ik niet. De grote eetzaal vol planten en een prachtige binnenplaats was de ideale locatie om ons afscheidsdiner te nuttigen.

Terug naar Isla Margarita
 
Ons laatste ritje gaat naar Cumanca-haven waar wij bij "Terminal Gran Cacique" de ferry krijgen naar Pta. de Piedra op Isla Margarita. Afscheid genomen van onze chauffeur die hartstikke leuk en grappig was, maar vooral ook veilig reed. Onze ferry vertrekt op tijd en langzaam zien we Venezuela wegglijden.

De snelle ferry brengt ons in 1,5 uur naar de overkant waar we nog een half uurtje op de bus moesten wachten om naar ons hotel gebracht te worden.

Wij namen afscheid van Wout. Een heel fijn mens met een groot hart voor de indianen en de bevolking maar ook voor zijn reisgezelschap. Heel veel kennis, humor en takt. En als je na 13 jaar dit werk te doen nog steeds zo enthousiast overkomt alsof het je eerste jaar is, dan kun je alleen maar zeggen: CHAPEAU.


Ook afscheid van Jan, Linda, Dajana, Emir en Merlin genomen en voldaan en vol indrukken werden we op het stoepje van ons hotel afgezet...
 
Wij moesten nog even wat geld wisselen aan de boulevard, maar omdat onze vaste bankier “Der Rudi” nog niet open was gingen we maar in op het aanbod van een jongen van een restaurantje. Bij hem konden we wel wisselen. Net toen hij op het terrasje bezig was de Bolivars neer te leggen op het tafeltje, zagen we de politie stoppen en toen ik de jongen vertelde dat er politie achter zijn rug stond draaide hij zich om en vertelde mij geruststellend dat het een "collega" was.

Dus de angst om de komende 12 jaar in een cel met 20 personen te belanden was ongegrond. Ppffff...

Daarna hebben we ons verhaal gedaan aan de mensen in het hotel. Truus en Wiel hadden deze trip ook gedaan maar dan een week eerder.

Omdat het toch nogal pittig geweest was hebben we het voor de rest rustig aan gedaan. De resterende dagen doorgebracht met niksen, inkopen, slenteren en lekker eten. Het weer was afwisselend met regen en bloedhete fasen. Onze spullen waren gepakt en op donderdag werden we afgehaald om terug naar huis te vliegen.
 
Nog even afscheid van Wout van Q-international genomen, onze laatste sigaret (tot Amsterdam) gerookt en door de paspoortcontrole waar weer de hash-honden aan het snuffelen waren. Na het hele ritueel volbracht te hebben en er nog ff een paar duizend Bolivar doorheen gedraaid te hebben, kozen wij voor het luchtruim.

We gaan via Curaçao waar we 2 uurtjes eruit gaan omdat het toestel van Martinair even gereinigd moet worden (soms liggen er links en rechts nog wat bolletjes op de grond).

Weer geen toeslag betaald voor Comfort-class, maar je kon weer lekker languit liggen omdat het toestel weer niet vol was. Na 9,5 uur vliegen toch een beetje kreupel op Schiphol geland.


Het krantje ligt klaar: "Hangjongeren, huursubsidie, files, bejaarde man 2 maanden dood in woning, dodelijke steekpartij Rotterdam, discriminatie tuinkabouters..." Oh God we zijn weer thuis...
 

De website van Ton en Ria:


 
Ton en Ria